De Verenigde Naties stellen een universeel digitaal ID-systeem voor dat rechtstreeks verbonden zou zijn met de bankrekeningen en betalingsapps van mensen.
Een uitgebreide nieuwe beleidsagenda van secretaris-generaal van de VN, António Guterres, beschrijft een identificatienetwerk dat is ontworpen om het proces van het verifiëren van de identiteit van mensen op mondiale schaal te digitaliseren en te stroomlijnen.
Het voorstel wordt uiteengezet in een gedeelte dat is gewijd aan “mondiale digitale samenwerking en duurzame ontwikkelingsdoelen”. Zo staat in het voorstel:
“Digitale ID’s gekoppeld aan bank- of mobiele geldrekeningen kunnen de verstrekking van sociale beschermingsdekking verbeteren en dienen om in aanmerking komende begunstigden beter te bereiken. Digitale technologieën kunnen helpen om lekkage, fouten en kosten bij het ontwerpen van sociale beschermingsprogramma’s te verminderen.”
Het voorstel volgt op een initiatief van het World Economic Forum om systemen te verkennen die menselijke identiteiten kunnen volgen en verifiëren met behulp van biometrie.
Het Forum heeft zich aangesloten bij het Zweedse biometrische bedrijf Fingerprint Cards en onderzoekt blockchain-gebaseerde digitale ID-platforms die “privacy als topprioriteit stellen”.
De VN merkt op dat ondanks de snelle vooruitgang van technologie over de hele wereld, er meer werk nodig is om gelijke toegang tot de digitale revolutie te bieden en om groeiende ongelijkheden in de verdeling van rijkdom terug te draaien:
“Digitale technologie heeft geleid tot enorme productiviteits- en waardestijgingen, maar deze voordelen leiden niet tot gedeelde welvaart. Het vermogen van de top 1% groeit exponentieel: tussen 1995 en 2021 waren zij verantwoordelijk voor 38% van de toename van de wereldwijde rijkdom, terwijl de onderste 50% slechts 2% voor hun rekening nam. Digitale technologieën versnellen de concentratie van economische macht in een steeds kleinere groep elites en bedrijven. Het gecombineerde vermogen van technologie-miljardairs, $2,1 biljoen in 2022, is groter dan het bruto binnenlands product van meer dan de helft van de economieën van de G20-landen.”