Wat is het verschil tussen een VASP en een CASP?

De cryptosector wordt wereldwijd steeds strenger gereguleerd en twee begrippen duiken daarbij regelmatig door elkaar op: VASP en CASP.

Deze termen lijken op elkaar, maar verwijzen naar verschillende regelgevingskaders en hebben ze elk hun eigen betekenis. Voor bedrijven én gebruikers is het belangrijk om het onderscheid te begrijpen.

VASP staat voor Virtual Asset Service Provider en is een term die internationaal gebruikt wordt. De term is bovendien afkomstig van de  Financial Action Task Force (FATF), die de wereldwijde standaarden opstelt tegen witwassen en terrorismefinanciering.

Een VASP is iedere dienstverlener die betrokken is bij transacties of beheer van digitale activa. Dit omvat crypto-exchanges, brokers, custodial walletproviders en bedrijven die crypto-overboekingen faciliteren.

De VASP-regels focussen vooral op anti-witwasmaatregelen (AML) en het identificeren van gebruikers via Know Your Customer (KYC)-procedures.

In de Europese Unie wordt echter een andere term gehanteerd, namelijk CASP of Crypto-Asset Service Provider. Deze term kom uit de nieuwe MiCA-wetgeving (Markets in Crypto-Assets), die vanaf 2024–2025 de standaard wordt voor cryptoregulering in Europa.

CASP's zijn crypto-dienstverleners die binnen de EU opereren en moeten voldoen aan strikte vergunningseisen. MiCA bepaalt nauwkeurig welke activiteiten onder een CASP-licentie vallen, zoals het beheren van handelsplatformen, het bewaren van crypto-activa, het geven van advies of het uitgeven van nieuwe tokens.

VASP richt zich voornamelijk op witwaspreventie, terwijl CASP veel verder gaat en consumentenbescherming, marktintegriteit en toezicht op bedrijfsvoering betreft.

Iedere CASP is dus een VASP, maar niet iedere VASP is een CASP. VASP is de wereldwijde anti-witwasstandaard en CASP is het uitgebreide wettelijke kader binnen de EU.

Voor Europese bedrijven is het voldoen aan MiCA dus essentieel, terwijl internationale spelers meestal aan de VASP-criteria moeten voldoen.