De grootste Amerikaanse bewaarbank, Bank of New York Mellon (BNY Mellon), heeft een belangrijke stap gezet in de wereld van cryptobewaring. De bank heeft namelijk vrijstelling gekregen van een controversiële regel van de Securities and Exchange Commission (SEC), bekend als Staff Accounting Bulletin No. 121 (SAB 121). Deze regel verplichtte financiële instellingen die cryptovaluta bewaren voor klanten, om deze activa als bedrijfsschulden te rapporteren en specifieke informatie over de waarde van de digitale activa openbaar te maken.
Gamechanger voor de Amerikaanse cryptomarkt
De vrijstelling van BNY Mellon kan een gamechanger zijn voor de Amerikaanse cryptomarkt. Waar de wetgevers in het Huis van Afgevaardigden aanvankelijk probeerden SAB 121 te schrappen, werd het wetsvoorstel geblokkeerd door een veto van het Witte Huis onder leiding van president Joe Biden. Toch kan deze vrijstelling voor BNY Mellon deuren openen voor andere grote banken om Bitcoin en andere cryptocurrencies veilig te bewaren voor hun klanten.
Dit kan ook de weg vrijmaken voor een meer crypto-vriendelijke omgeving in de VS, die lange tijd te maken heeft gehad met strenge reguleringen en de zogenaamde “Operation Choke Point 2.0”. Deze operatie, een door de overheid opgelegd beleid, had als doel om cryptobedrijven uit het traditionele financiële systeem te weren. Met de mogelijke uitbreiding van cryptobewaring door grote banken zoals BNY Mellon, zou dit de markt aanzienlijk kunnen veranderen.
Michael Saylor, oprichter van MicroStrategy en één van de grootste zakelijke BTC-houders, merkte op dat het toestaan van bankbewaring voor Bitcoin een cruciale katalysator kan zijn om de waarde van BTC enorm te laten stijgen. Saylor suggereerde eerder dat dit de laatste stap is die nodig is om Bitcoin boven de $5 miljoen per munt te tillen.