De Amerikaanse Securities and Exchange Commission (SEC) heeft nog een ICO uit 2017 voor de rechter gesleept. Gisteren werd namelijk duidelijk dat de toezichthouder een aanklacht indiende tegen het cryptocurrency-project Dragonchain en oprichter John Joseph Roets over hun voorverkoop en initiële muntenaanbieding (ICO), waar het destijds $16,5 miljoen mee wist op te halen.
De voorverkoop vond plaats in 2017, direct na het DAO-rapport van de SEC van juli. Het rapport was een keerpunt, waarna de SEC toekomstige ICO’s zou behandelen als potentiële effectenaanbiedingen.
Als gevolg hiervan noemt de SEC de ICO een aanbod van niet-geregistreerde effecten en eist teruggave van de opbrengst en een civiele geldboete. De toezichthouder beweert dat Roets, Dragonchain en de Foundation in 2017 de wet in twee fases overtreden hebben:
- Tijdens de scherp geprijsde “voorverkoop” in augustus 2017 aan leden van een crypto-investeringsclub, en;
- Tijdens de initiële muntaanbiedingen (ICO) in oktober en november 2017 voornamelijk op de markt gebracht voor crypto-investeerders.
Door het laatstgenoemde aanbod zouden de beklaagden ongeveer $14 miljoen hebben opgehaald bij ongeveer 5.000 investeerders over de hele wereld, waaronder de Verenigde Staten.
Volgens de aanklacht van de SEC hebben de gedaagden het aanbod aan crypto-investeerders op de markt gebracht, en hun personeel en agenten bespraken onder andere de investeringswaarde, prijsstelling en “notering” van DRGN op handelsplatforms. Vervolgens zouden Roets, Dragonchain, de Foundation en TDC tussen 2019 en 2022 ongeveer $2,5 miljoen aan DRGN’s hebben aangeboden en verkocht om zakelijke uitgaven te dekken om Dragonchain-technologie verder te ontwikkelen en op de markt te brengen.