Taliban wilt BRICS-top bijwonen ondanks classificatie als terroristische groepering

De Taliban heeft een opvallend verzoek ingediend om deel te nemen aan de BRICS-top die van 22 tot 24 oktober in Kazan, Rusland wordt gehouden. Dit verzoek is opmerkelijk omdat de Taliban nog steeds als een terroristische organisatie wordt beschouwd in het land.

Verzoek om vertegenwoordiging

Het verzoek kwam van Nooriddin Azizi, de waarnemend minister van Handel en Industrie van de Taliban. Hij drong erop aan dat een delegatie op hoog niveau, inclusief vicepremier Abdul Ghani Baradar, Afghanistan zou vertegenwoordigen tijdens de top.

De BRICS-top, waaraan landen zoals Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika deelnemen, heeft in de loop der jaren aan geopolitieke invloed gewonnen, en de Taliban wil blijkbaar Afghanistan als gesprekspartner bij dergelijke grote internationale evenementen positioneren.

De Taliban heeft de afgelopen jaren al deelgenomen aan meerdere economische fora in Rusland, waaronder het St. Petersburg International Economic Forum. Ondanks deze betrokkenheid blijft haar status als terroristische groepering een gevoelig punt. In juni stelden het Russische ministerie van Buitenlandse Zaken en het ministerie van Justitie voor om de Taliban van de lijst met terroristische organisaties te verwijderen, maar daar is nog geen definitief besluit over genomen.

Groeiende BRICS-invloed

De BRICS-groep breidt zich snel uit. Sinds de toetreding van Zuid-Afrika in 2010, hebben ook landen zoals Iran, Egypte, Ethiopië en de Verenigde Arabische Emiraten zich bij het blok aangesloten. Voor de komende top in Kazan worden meer dan 20 wereldleiders verwacht, waaronder de Braziliaanse president Luiz Inácio Lula da Silva, de Russische president Vladimir Poetin, de Indiase premier Narendra Modi, de Chinese president Xi Jinping en de Zuid-Afrikaanse president Cyril Ramaphosa.

Het blijft onzeker of het verzoek van de Taliban gehonoreerd zal worden, maar haar toenemende betrokkenheid bij internationale fora benadrukt hun pogingen om de diplomatieke positie van Afghanistan onder hun bewind te versterken.